Reeds
de winter buiten
een
kil, wit veld tot de einder
het
woord valt, einder, eindig...
aan
de galg spuwt een jaar
zijn
laatste roddels
naar
asem snakkend
en
dan ineens
een
korte knak
en
dan
geen
woord meer
zielsverhuizing,
een ordening, een portie afgesneden
en
dan plots in dat gezicht
van
dat jaar dat dood is
een
frons en een kramp
en
dan een gesperde, woeste blik
ondraaglijk
helder, de woede en schrik
om
al wat voorbij is
dan
is het morgen en maakt men de ketens los
en
dat jaar dan voorgoed
en
dan
-
volgens de telling -
sleept
iets anders, iets beters zich
uit het vruchtwater
van
de tijd
ik
wens elkeen
een
fantastisch nieuw jaar
urbain
alpain
Verzameld
de gebaren
in de
schemer van de avond,
zij
wegen hun woorden,
de waarde
van honger,
nabijheid
en gemis.
December
en dieper de weiden.
Ondoordringbaar
de mist.
Het
dreigend riet,
dat
zelfs gebroken
hun
bidden niet ontziet
voert
hen mee langs het ruisen
naar
vreugd en verdriet.
In de verte wordt een
jaar herboren.
stel het wel
in uw nieuwe vel.
urbain
alpain
Bevreemdend
sneeuwt de laatste schemer
van deze eeuw
zijn geladen duisternis
de partituur van het
verleden
zingt een herkenbaar
refrein
en we drinken op wat
we waren
op wat we nooit wilden
zijn
en daarna dan de ochtend
met katers en nieuwte
en heden
toekomst waarin als
vanouds
vreugde en verdriet
zal worden geleden.
urbain
alpain
In vrije val
de gedachte
niet bij machte
te zeggen wat
je missen zal
365 dagen
8760 uur
een mens houdt
het nauwelijks
nog bij op den
duur
dat al het nieuwe
al het oude
ruimschoots
mag overtreffen
urbain alpain